over mij

In majeur7 werk ik met veel passie aan zeer diverse muziekprojecten. Van het opnemen, produceren en masteren van volledige albums en demo’s tot het schrijven en opnemen van theater- en filmmuziek. Ook produceer ik er jaarlijks het wijkclip-project met tientallen muzikanten uit de wijk (Lombok, Arnhem). Ten slotte geeft ik de studio cursussen op het gebied van studiotechniek.

Iedereen ervaart de studio als een relaxte en sfeervolle ruimte, waar je aan je productie kunt werken. Ik nodig je van harte uit om eens te komen kijken!

Zo heb ik mijn ervaringen met geluid opgedaan:

2012-2013
In deze jaren heb ik de opleiding Audiotechnicus / Producer bij Sound Education Nederland succesvol afgerond. Geïnspireerd door de opleiding heb ik de afluistering en de akoestiek in de studio verbeterd. Tevens heb ik geïnvesteerd in hoogwaardige microfoon pre-amps en is het microfoonpark uitgebreid.

Vroeger…
Op vijftienjarige leeftijd (1989) ben ik begonnen met gitaarspelen. In het begin speelde ik vooral mijn grote helden na, waaronder David Gilmour (Pink Floyd), de Beatles en Camel. Ook maakte ik al snel zelf composities door te improviseren en proberen te onthouden wat ik speelde en soms wat op te nemen met mijn cassetterecorder.

Na een jaar begin ik met een drummer, toetsenist en bassist de band Symfex. Met die band deed ik na een paar jaar alleen nog Pink Floyd tribute optredens onder de naam Anderson Council. Tijdens een van deze optredens in 1994 ontmoette ik Peter van Vliet van The Use Of Ashes, waarmee ik sindsdien diverse albums, EP’s en singles heb uitgebracht. The Use of Ashes bestaat nog steeds, nu als viermans-formatie.

Ondertussen bleef ik eigen ideeën opnemen, wat ik inmiddels deed met een Fostex tweesporen bandrecorder. We namen nummers op door te ‘pingpongen’: een gitaar opnemen, nog een gitaar opnemen (en de eerste gitaar mee-opnemen), inzingen (en de eerste twee gitaren mee-opnemen), enzovoorts. Bij deze manier van opnemen moest ik meteen al nadenken over hoe ik het wilde laten klinken want nabewerken was nauwelijks mogelijk.

Na een paar jaar kon ik regelmatig over geleende vier-sporen recorder (cassettebandjes) beschikken om mijn muziek op te nemen. Uit die tijd stamt mijn eerste, niet uitgebrachte CD ‘Heaven in a big tree’, waarvoor ik naar een zaakje in Hengelo moest om het real time op een cd te branden.

In 1994 ging ik in de band Hornets Attack Victor, later Stillwell drummen, en ook met die band gingen we als snel zelf demo-opnames maken. In die tijd begon ik met Mark Zuidema een nieuwe  band Mercy Giants, waarmee ik in 1995/1996 drie niet uitgebrachte cd’s heb opgenomen: ‘Lo Fi Nation‘, Minor Thing’ en ‘Mercy Giants’.

In 1997 wilden we het opnamegebeuren op een hoger plan trekken en stonden we voor de keuze of een studio boeken, of zelf een studio kopen. Aangezien we veel tijd nodig hadden om te experimenteren met sounds werd een studio boeken te duur en schaften we maar zelf apparatuur en microfoons aan. Ik verkocht mijn Hiwatt lead 50 top (nog steeds spijt van) zodat ik met bandgenoten een 8 sporen recorder kon kopen. Daarmee namen we de debuutsingel ‘Find your place’  en de debuutplaat ‘Hotel Hell’ van Mercy Giants op, dat in 1999 op vinyl is uitgebracht op het Nederlandse platenlabel Tone Float Records. Dit label brengt ook platen uit van The Use Of Ashes.

Na wat opnamen van Stillwell en Boy Ler (eerste niet eigen band opname) schaften we een Akai digitale 8 sporen recorder en een Mackie mengtafel aan. Daarmee hebben we onder meer de tweede cd van Mercy Giants ‘Racing Club Hades’, ‘The portent of coming disaster’ van Stillwell, Pien Feiths ‘The wilderness sound’ en het begin van Mercy Giants’ ’Running in Slomo’ opgenomen. Nog steeds beschikten we niet over een compressor of andere – vandaag de dag standaard – randapparatuur. In die tijd woonde ik een school in Arnhem, waar we gretig gebruik hebben gemaakt van de lokalen, de gymzaal en het halletje van de gymzaal (schitterende akoestiek voor het opnemen van drums!). Inmiddels lieten we de eindproducten masteren door Zlaya of Frank Verschuuren.

Tijdens de opnamen van ‘Running Slomo’ zijn we overgegaan op Protools LE met de digi 002 audio interface. Ineens hadden we de beschikking over zo veel sporen als we maar nodig hadden en over compressors, equalizers, et cetera. Geen wonder dat het opnemen en produceren van platen vanaf toen eerder 3 jaar dan 3 maanden in beslag nam.

In 2002 werd ik gevraagd om de nieuwe plaat van Viva Rosa te mixen en uiteindelijk ook te masteren. De opnames waren gemaakt in een studio in Arnhem met Cubase. Het leek mij handiger om de mix in Cubase te doen en omdat dat beter beviel dan Protools LE ben ik overgegaan op Cubase. Ik vond en vind Cubase overigens gebruiksvriendelijker en beter klinken.

Langzamerhand is de verzameling microfoons, afluistering en randapparatuur uitgebreid en verbeterd en ging ik meer en meer bands opnemen (zie referenties). Sinds 2008 woon ik in de Alexanderstraat in Arnhem, waar ik de helft van de zolder heb geïsoleerd en omgebouwd tot studio. Het is een sfeervolle, relatief kleine ruimte (circa 30 m2) met een drumpodium, een gitaarhoek en een mobiele controletafel.

Graag tot ziens in de studio!

Maarten Scherrenburg, majeur7

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *